Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

De man

Camiel en Wouter houden het voor bekeken. Het zijn vreemde tijden in het land van Oranje. Als de pretendent opbrandt en de leider verslijt. Een elegant vertrek dan maar. Het is een terugkeer. Naar vrouw. Naar kinderen.
Door Astrid Wittebolle op 12 mrt 2010
Tekst
Grenskijker

Camiel en Wouter houden het voor bekeken. Het zijn vreemde tijden in het land van Oranje. Als de pretendent opbrandt en de leider verslijt. Een elegant vertrek dan maar. Het is een terugkeer. Naar vrouw. Naar kinderen. Natuurlijk houdt de wereld hiermee niet op met draaien. Dat doet ze zelden. Toch rijst een vraag: wat nu? Wanneer personen de partij uitmaken, werkt dit soort exits als decapitatie. Er is geen hoofd meer. Het lijf schokt even verder. En dan gedaan. Er is over ideologie veel te zeggen. Verschrikking en dwaze verheerlijking, maar ook: samen de schouders zetten onder het ideaal. Het besturen voor de voorganger makkelijker maken, dankzij de basis. Een stevige basis, die niet wankelt bij het minste verlies, maar weet dat de weg altijd lang is en vol obstakels. Wat vrezen we eigenlijk? De toorn van de kiezer? Is hij dan niet een van ons? Meer dan die man van het woord, is er nood aan mensen met moed. Om te blijven zoeken naar de grootste gemene deler. Om daar misschien een klets voor te krijgen. Maar meestal een zoen. Van vrouw. Van kinderen.

Vertel het verder: