Deze website wordt niet langer ondersteund in Internet Explorer. Update hier je browser voor een betere ervaring.

Veteraan

Militaire ambitie hebben we nooit gekoesterd. Een rechtstreeks gevolg van onze aversie tegen geïnstitutionaliseerde hiërarchie. Al moet het gezegd: we droegen ooit een uniform. Eentje waarvan een grijze plooirok de spil was. Daar kwam abrupt een eind aan toen we de geuzennaam ‘rebel’ kregen opgespeld. Alleen omdat we onze mond roerden. Onze grote mond.
Door Astrid Wittebolle op 7 apr 2010
Tekst
Grenskijker

Militaire ambitie hebben we nooit gekoesterd. Een rechtstreeks gevolg van onze aversie tegen geïnstitutionaliseerde hiërarchie. Al moet het gezegd: we droegen ooit een uniform. Eentje waarvan een grijze plooirok de spil was. Daar kwam abrupt een eind aan toen we de geuzennaam ‘rebel’ kregen opgespeld. Alleen omdat we onze mond roerden. Onze grote mond. Stelt u zich daar vooral niet teveel bij voor. Zo herinneren we ons een klasgesprek waarin we - oké, we waren redelijk kwaad - de film ‘The Day After’ als de grootste Amerikaanse Hollywoodzever bestempelden. De brave meisjes vonden het allemaal toch héél erg verdrietig, die nakende kernoorlog. Ondergetekende stond zowat op de lessenaar om aan te tonen hoe stereotiep die fictieve oorlog werd voorgesteld. Waarop de leerkracht ons aanmaande om rustig te zijn, en anderen te laten uitspreken. Over hoe héél erg verdrietig het allemaal toch is, in de boze wereld. Onze bloeddruk stijgt nu nog. Op veteranendag, nota bene. Zelf hebben we goddank nooit een front van dichtbij gezien, hoogstens wat barricaden bestegen met een stortvloed aan woorden. Tegen beter weten in, vaak. Onze kleine oorlog. Exact zestien jaar geleden vermoordden Rwandese soldaten 10 Belgische blauwhelmen. Het is tijd die telt.

Vertel het verder: